“Mama!”

Met de kennis van nu weten we dat het informatief gesprek twee weken voor zijn overlijden plaats vond, maar dat wisten we toen nog niet. Hij was ziek, kanker, vergevorderd. Genezen zat er niet meer in.

Het bed in de kamer. Ik met zijn echtgenote Ria aan de eettafel, hij in bed in gesprek met de huisarts over hoe comfortabel te worden. Dat was hij niet.

Ik sprak met Ria over zijn verleden. Moeilijke jeugd. Zijn moeder overleden toen hij nog een jongetje was, zijn vader had geen tijd voor hem, dus werd hij bij zijn oudere zus gedropt, maar hoe zij ongetwijfeld ook haar best deed: hij voelde zich daar niet ‘eigen’, niet thuis, niet geliefd. Daar heeft hij altijd last van gehouden. Zijn hele leven op zoek geweest naar liefde met alle problemen van dien. Die liefde vond hij eindelijk wel bij Ria en ook bij haar kinderen.

Ze hadden het goed samen. Het begin was pittig geweest, maar toen hij eenmaal wist dat ze ‘te vertrouwen’ was en oprecht van hem hield, kon hij haar liefde accepteren. Bijzonder was dat ze beiden spiritueel waren. Hij voelde en zag dingen, Ria voelde en rook vooral. Toen hij ziek werd en wist dat hij zou komen te overlijden, spraken ze af dat hij daarna zo snel mogelijk iets zou laten weten.

Daar kwam de nacht van overlijden. Hij was onrustig, wilde het bed uit naar het toilet. Ria hielp hem. Klaar op het toilet hielp ze hem overeind. En daar gebeurde het. Het keek plots naar boven, zag? hoorde?  in ieder geval iets wat Ria niet zag. Hij riep “Mama!, mama!” en zakte in elkaar. Natuurlijk was het een heftige gebeurtenis voor Ria. Echter de wetenschap dat zijn moeder hem gehaald had, bood haar troost.

Tja, dan toeters en bellen. Arts, Verzorgers die hem op bed legden (hij bleef thuis), Volgende dag uitvaart regelen.

Diezelfde volgende dag zat Ria even op de keldertrap om iets te pakken. Plotseling voelde zij vanuit haar voeten naar haar kruin een energie opkomen die een enorme rust over haar bracht. En ze wist: Hij is er. Hij liet haar voelen dat het goed is, daar waar hij is. Hij heeft rust. En ondanks het verdriet: Ria nu ook…

(*de naam Ria is gefingeerd.)